Februari 2013 - ons mezenvolk

Iedereen kent ze wel deze vogels van onze voederplank en huisje. Ik heb me beperkt in de keuze door die mezen te beschrijven die je zeker op onze Gorsselse Heide kunt ontmoeten. Verder heb ik de Latijnse namen er achter vermeld. Je ziet al duidelijk dat deze benaming in de verschillende boeken niet eenduidig is. Vanuit mijn verleden en in de wat oudere boeken wordt de familie altijd beschreven onder de naam Parus. Dit uitgezonderd de staartmees: deze vogel heeft een andere familie naam, maar behoorde destijds ook al niet tot de echte mezenfamilie. Al de hieronder beschreven soorten zijn holenbroeders, dat wil dus zeggen dat ze in diverse holletjes broeden. We moeten dus niet alle oude bomen verwijderen, het bos hoeft er zeker niet opgeruimd en aangeharkt uit te zien. Soms vind je het nest zelfs dicht op de bodem, een holletje onder een grote heidestruik. Maar ook in nestkastjes broeden de vogeltjes graag. Verder heb ik de populatie-aantallen in geheel Nederland van 1979 vermeld en het aantal broedterritoria in 1984 op onze Gorsselse Heide [recentere data zijn mij niet bekend].

Koolmees (Parus major): weegt zo’n 17 gram; grootte zo’n 13½ tot 15 cm.
In de broedvogelatlas van 1979 was de populatie in geheel Nederland  tussen 175.000 en 250.000 broedparen; [21 broedterritoria in 1984 op de Gorsselse Heide].
Eind vorig jaar was er een invasie van deze vogeltjes vanuit het oosten. Zo’n 3000 km hadden ze  afgelegd op zoek naar voedsel. Het geluid is vaak duidelijk: de tweetonige hoorn.

Pimpelmees (Parus caeruleus of Cyanistis caeruleus): weegt zo’n 11 tot 12 gram; grootte 10½ tot 12 cm.
In de broedvogelatlas van 1979 was de populatie in geheel Nederland  tussen 80.000 en 125.000 broedparen; [5 broedterritoria in 1984 op de Gorsselse Heide].
De zang doet me van deze vogel altijd aan een kerstbelletje herinneren.

Zwarte mees (Parus ater of Periparus ater): grootte 10 tot 11½ cm.
In de broedvogelatlas van 1979 was de populatie in geheel Nederland  tussen 25.000 en 30.000 broedparen; [7 broedterritoria in 1984 op de Gorsselse Heide].
Goed van de koolmees te onderscheiden, kijk maar eens goed naar de witte vlek achter in de nek. Is van de mezenfamilie één van de eersten die al op eieren zit te broeden. Dit vogeltje neemt ook genoegen met een klein nestkastje, binnenwerks oppervlak 10x10cm bij 16cm hoog.

Kuifmees (Parus cristatus of Lophanus cristatus): grootte 10½ tot 12 cm.
In de broedvogelatlas van 1979 was de populatie in geheel Nederland  tussen 15.000 en 20.000 broedparen; [8 broedterritoria in 1984 op de Gorsselse Heide].
Prachtig om deze vogel waar te nemen, dat parmantige rechtopstaande kuifje. Het vogeltje is een liefhebber van naaldbomen. In de wat strengere winters en als je in de buurt van bos woont komt dit vogeltje nog wel eens op onze voerplank of aan de vetbolletjes. Indien we een nestkastje in onze tuin willen ophangen, geeft dit vogeltje de voorkeur aan een niet beschilderd dus onbehandeld kastje.

Matkop (Parus montanus of Poecile montanus):  grootte 12 tot 13 cm. 
In de broedvogelatlas van 1979 kwamen ze op een populatie in geheel Nederland  tussen 25.000 en 30.000 broedparen; [9 broedterritoria in 1984 op de Gorsselse Heide].
en Glanskop (Parus palustrus of Cyanistis cyanus): grootte 11½  tot 13 cm.
In de broedvogelatlas van 1979 kwamen ze op een populatie in geheel Nederland  tussen 4.000 en 7.000 broedparen; [1 broedterritorium in 1984 op de Gorsselse Heide].
Deze beide vogeltjes heb ik maar samengevoegd want ze zijn zeer moeilijk van elkaar te onderscheiden. Alleen de zang tijdens het voorjaar is duidelijk verschillend.
Het verenkleed is grijsbruin en vuilwit met een zwarte kop en een zwarte kinvlek.

Staartmees (Aegithalos caudatus): grootte 13 tot 15 cm, inclusief lange staart van 7 tot 9 cm.
In de broedvogelatlas van 1979 kwamen ze op een populatie in geheel Nederland tussen 10000 en 20000 broedparen. Geen broedterritorium waargenomen in 1984, maar nog wel 3 broedterritoria waargenomen in 1969 op de Gorsselse Heide.

Verder komt in Nederland de Buidelmees nog voor maar deze leeft in moerasachtige gebieden, denk aan Oostvaardersplassen.

Geniet van wat de Gorsselse Heide ons biedt       

Herman Roelofs.


  • Steunt u ons ook?
  • logo top vvdgh thumb